"Het gesprek"

Zat op een bank in het plantsoen een beetje met mijn gedachten voor mij uit te staren.
Ik zie er is nog plaats, goedemiddag
Ik kijk naast me, zie een net geklede man op het andere einde van de bank zitten.
U was ver weg meneer, zegt hij
Is goed voor de mens, ver weg van alles wat te dichtbij komt.
Ik knikt
Ik ben 92 en ik doe dagelijks nog een wandeling
Mijn machinekamer is wel niet meer wat het geweest is, maar het kan er nog mee door
Ja meneer, als je 92 bent dan speel je dagelijks in de "lotto" mee
Hij lacht
Mijn vrouw heeft geluk gehad.
Zij is jaren geleden overleden, 82 was ze.
Geluk ?
Ja meneer geluk, want er is niets erger dan alleen oud worden als je zo'n goed huwelijk hebt gehad als wij hadden.
Ik heb haar nooit in de steek gelaten, altijd voor haar gezorgd,
Wij hielden van elkaar meneer, komt steeds minder voor, allemaal hebzucht en jaloezie
Maar ik mag niet klagen meneer , ik heb mijn kinderen nog.
We kunnen goed met elkaar.
Ze komen altijd op Vaderdag, nooit slaan ze dat over
Altijd met een grote doos sigaren.
Hij lacht luid, sigaren, ik rook al 40 jaar niet meer, maar dat is aan hen voorbij gegaan.
Ik begrijp dat ze het druk hebben maar op Vaderdag zijn ze er, wie kan dat nog zeggen meneer
Ik ben niet bang voor de dood meneer, ik loop er niet voor weg.
Hij lacht
Het zonnetje meneer, het zonnetje dat zal ik missen
Kom ik ga maar weer eens een eindje lopen
Meneer het was fijn om even met u gepraat te hebben, mensen praten te weinig met elkaar.

Hier meneer, een fijne sigaar voor u.