donderdag 15 maart 2018




Is ze het nu wel, of is ze het nu niet?
U weet wel, zo’n moment waarop je iemand uit het grijze verleden denk te herkennen
Maar bij het dichterbij komen lijken ze er totaal niet op.
Ik had laats zoiets maar dan andersom
Zag haar wel van afstand maar herkende haar niet
Toen ze dichterbij kwam ging er een schok door mij heen.
Allemachtig wat was die teef verandert
In mijn eerste opwelling vergeleek ik haar met zo’n afgeneukte buurtkat
Je weet wel zo’n kat die bij het minste geringste op haar rug gaat liggen zelfs al is een hond
Zo’n kat die niet meer zo nauw denkt, maar pakt wat ze pakken kan.
Ze had wallen onder de ogen waar een publieke “dame ”uit Amsterdam beslist haar beroep op zou kunnen uitoefenen.
Raar, ze trok ook afwisselen wat met één van haar benen, het leek er een beetje op alsof ze aan het oefenen was voor een kunstschaatsspagaat.
Ze zal toch niet een of andere nieuwe techniek hebben ontwikkeld om wat manvolk aan te trekken
Bij het naderen zag ik haar na mij kijken, met zo’n blik van, is die lul het nou wel, of niet
Gezien haar belangstelling voor vleeswaren had ze beter een slagerij kunnen openen
Ze had geprobeerd om dat wat was gaan hangen of op de verkeerde plaats zat te laten ondersteunen door artikelen van minder kwaliteit.
De hele voorstelling die ze gaf leek meer op een Wammes Waggel parodie dan op een vrouwelijke vertolking van Marilyn Monroe, wie dat ook geweest mag zijn.
Leeftijd was op een onaangename manier metgezel van haar geworden, het leek er zelfs een beetje op alsof ze in het epicentrum van een aardbeving terecht gekomen was
Ik zag het, ze herkende mij, kut weglopen of snel in winkel duiken was er niet meer bij.
Ik hiel mij flink, doe net alsof ik haar nu pas zag en zeg met een valse glimlach op mij gezicht, he wie hebben we daar dan?
Oh zegt ze, ik dacht eerst dat je mij niet wilde zien.
Kom nou, waarom zou ik jou niet meer willen zien, ik was wat in gedachten, maar ik herkende je meteen.
De stilte die tussen ons viel was op geen weegschaal te wegen.
Je ben niet veel veranderd zei ze, je bent nog altijd dat vieze smerige achterbakse jochie van toen.
Ik keek naar mijn schoenen, zag de hare ook, zeg zonder haar aan te kijken, mooie schoen heb je.
Ik voelde dat ze dichterbij kwam, een misselijkmakende lucht die naderde gaf mij het gevoel dat ik moest overgeven.
Kan je jezelf nog herinneren wat we vroeger met jochies als jou deden?
Ik keek wanhopig om mij heen, stamelde zoiets als ja ja.
Vies achterbaks jochie zal ik jouw ballen eens naar de kloten helpen?
Ze lachte, ik haalde opgelucht adem, kut wat een klotewijf!
Je staat te bibberen als een kerkuil die in de sneeuw heeft geslapen.
Sloeg natuurlijk negens op, maar ik hield wijselijk mijn mond.
Ik ga maar weer, je bent ook geen sikkepit veranderd, nog steeds dat jochie wat in de fietsenstalling
gluurde na wat anderen wel durvende te doen.
By the way, heb je een vriendin, of ben je home :)))
Nee, nee… ik heb iemand, al jaren.
Wel, doe haar de groeten, haar minnaar ook want ik denk niet dat jij behalve slapen in bed nog iets ander doe :)))
Ik keek haar na, ongelooflijk dat zo’n afgetakeld stinkend kutwijf mij nog even de les wil leren.
Ze moest eens weten wat ik allemaal wel niet in het fietsenhok heb gedaan terwijl ik naar haar keek als ze weer eens bezig was met een "vluggertje" in het speelkwartier.

Afbeeldingsresultaat voor Wordt aan gewerkt




Geen opmerkingen:

Een reactie posten